Waarom luisteren moeilijker is dan praten

We praten de hele dag. Met collega’s, vrienden, familie of zelfs met de kassière. Praten voelt vanzelfsprekend en kost weinig moeite. Luisteren daarentegen lijkt simpel, maar wie eerlijk is, weet dat het veel ingewikkelder is. Ons brein is ongeduldig, onze gedachten zijn druk en onze mond staat vaak te popelen om zelf iets te zeggen. Toch is juist dat luisteren misschien wel de krachtigste – en moeilijkste – vaardigheid in ons sociale leven.

We leren allemaal al vroeg praten. Als peuter kraaien we onze eerste woorden en binnen een paar jaar vertellen we hele verhalen. Luisteren daarentegen lijkt vanzelfsprekend, maar in de praktijk blijkt het vaak lastiger dan we denken. In gesprekken is luisteren misschien wel het moeilijkste deel.

Praten voelt voor veel mensen actiever en controleerbaarder. Jij kiest de woorden, jij bepaalt de richting. Luisteren vraagt juist dat je die controle loslaat en je aandacht volledig op de ander richt. Dat gaat in tegen onze natuurlijke neiging om zelf invloed uit te oefenen. Stel je voor: iemand vertelt je over een vakantie in Italië en halverwege betrap je jezelf erop dat je eigenlijk zit te wachten tot jij je eigen Toscane-anekdote kunt delen.

Daar komt bij dat ons brein sneller werkt dan onze gesprekspartner kan praten. Gemiddeld spreken mensen zo’n 125 tot 150 woorden per minuut, terwijl ons brein wel vierhonderd tot zeshonderd woorden kan verwerken. Het gat dat zo ontstaat, vullen we ongemerkt met eigen gedachten, associaties of dagdromen. Voor je het weet, ben je even helemaal weg uit het gesprek.

We luisteren bovendien nooit volledig neutraal. Emoties, aannames en eerdere ervaringen kleuren wat we horen. Als een collega kritiek geeft, hoor je misschien vooral de toon en niet de inhoud. Soms vullen we ontbrekende informatie zelf in, waardoor we meer naar ons eigen verhaal luisteren dan naar dat van de ander. Echt luisteren betekent niet alleen woorden opvangen, maar ook emoties, intenties en context begrijpen. Dat vraagt empathische energie, en die kost moeite. Het verklaart waarom een dag vol intensieve gesprekken soms vermoeiender voelt dan een dag vol presentaties geven.

Een ander obstakel is de druk om te reageren. Terwijl de ander praat, zijn we vaak al bezig met ons antwoord. Een deel van onze aandacht is dus altijd gericht op het formuleren van een reactie, waardoor we minder ruimte hebben om de boodschap volledig te verwerken. Daar komt bij dat luisteren soms stilte betekent, en stilte kan ongemakkelijk voelen. In veel culturen willen we stiltes direct opvullen, maar juist die korte pauzes bieden de ruimte om woorden echt te laten landen.

Misschien herken je jezelf in een van deze momenten: je betrapt jezelf erop dat je alvast je antwoord bedenkt terwijl iemand nog praat, of je onderbreekt omdat je bang bent je punt te vergeten. Misschien merk je dat je gedachten afdwalen wanneer iemand lang aan het woord is, of dat je vooral de grote lijnen onthoudt en de details vervagen. En als er een stilte valt, voel je dan de drang om die snel te vullen? Hoe vaker je ‘ja’ denkt bij zulke vragen, hoe groter de kans dat je luistert om te reageren in plaats van om te begrijpen.

Luisteren lijkt simpel, maar het is een bewuste vaardigheid die oefening vraagt. Het draait om begrijpen in plaats van reageren, aandacht hebben voor woorden én lichaamstaal, en accepteren dat een paar seconden stilte niet het einde van het gesprek zijn, maar juist een teken dat je echt aanwezig bent. Wie deze kunst onder de knie krijgt, ontdekt dat goed luisteren misschien moeilijker is dan praten, maar ook veel waardevoller.